Wet gemeentelijke schuldhulpverlening
De Wgs komt bovenop de wettelijke instrumenten die de gemeente desgewenst kan inzetten in het kader van de gemeentelijke schuldhulpverlening. Deze instrumenten zijn:
- onder curatele stellen;
- beschermingsbewind;
- afgifte Wsnp-verklaring;
- dwangakkoord, moratorium en de voorlopige voorziening in het kader van de Wsnp;
- budgetbeheer in het kader van de WWB;
- het opleggen van een sanctie indien een uitkeringsgerechtigde met een verplichting tot re-integratie niet meewerkt aan schuldhulpverlening en daardoor de re-integratie belemmert;
- bescherming door de beslagvrije voet.
De Wgs is de voorlaatste stap in het stelsel van schuldhulpverlening. Als het niet mogelijk is om de schuldenproblematiek minnelijk op te lossen, dan rest alleen nog de gang naar de rechter op grond van de Wsnp.
Het stelsel van schuldhulpverlening omvat een groot aantal overheidsmaatregelen gericht op de hele keten rondom schuldenproblematiek, zoals:
- het verbeteren van de financiële bewustwording;
- het voorkomen van overkreditering;
- het versterken van de inkomenspositie voor kwetsbare groepen;
- het tegengaan van het niet-gebruik van inkomensondersteunende voorzieningen;
- het bevorderen van vroegsignalering;
- de samenwerking rondom schuldenproblematiek;
- het verbeteren van de effectiviteit en de kwaliteit van de schuldhulpverlening.
Gemeentelijke regels
De gemeenteraad heeft de taak om een of meer beleidsplannen vast te stellen. Deze geven richting aan de door het college van Burgermeester en Wethouders te nemen beslissingen over de integrale schuldhulpverlening door de gemeente en de regierol die zij daarin heeft.
Met het oog op een goede uitvoering stelt het college van Burgermeester en Wethouders beleidsregels op waarin staat wie geen gebruik kan maken van schuldhulpverlening. Bijvoorbeeld mensen met een hoog inkomen of mensen die al eerder een beroep op schuldhulpverlening hebben gedaan .